Ik moet bijna gaan bevallen en mijn baby ligt met zijn hoofdje naar beneden. Kan hij nu hij in hoofdligging ligt zich nu nog draaien voor de bevalling of niet?
De ligging van je baby kan de bevalling en de geboorte beïnvloeden. De wijze waarop de baby in de baarmoeder ligt, is beslissend voor het verloop van de bevalling en bepaalt ook of de baby al dan niet op natuurlijke wijze zal worden geboren. Baby's horen met het hoofd naar beneden te liggen voor de bevalling. Maar soms 'zitten' ze zelfs in de laatste dagen voor de bevalling nog rechtop, de zogenoemde stuitligging. Normaal draaien baby's zich in de achtste maand met het hoofd naar beneden. Is dat niet het geval, zal de gynaecoloog je doorverwijzen om de baby te kantelen of te draaien.
Ongeveer 95 procent van de baby's ligt in aan het einde van de zwangerschap in hoofdligging: je baby ligt met zijn hoofdje naar beneden tegen de baarmoederhals aan. In het algemeen heeft een vrouw met een baby in de hoofdligging meer kans op een natuurlijke bevalling dan wanneer de baby in een andere positie ligt, zoals bijvoorbeeld een stuitligging of een dwarsligging. Wanneer een baby zich eenmaal in de hoofdligging genesteld heeft, draait hij zich waarschijnlijk niet meer in een andere positie, en beslist niet wanneer het hoofdje reeds voor een gedeelte ingedaald is. Alleen tijdens een tweede of derde zwangerschap, wanneer de hoeveelheid vruchtwater buitensporig groot is (bijvoorbeeld bij een tweelingzwangerschap) en de vroege indaling pas vlak voor de bevalling plaatsvindt, zou de baby zich in een andere positie kunnen draaien.
Lees hier meer over de verschillende liggingen van een baby in de baarmoeder.