1. Timing: X-dragende zaadcellen overleven doorgaans iets langer dan Ydragende zaadcellen. Dat betekent dat het moment waarop je vrijt een belangrijke factor is in het bepalen van het geslacht van het kind. Vrijen net voor je eisprong zal meer kans geven op een jongen, terwijl een dag of twee eerder vrijen de kans op een meisje doet toenemen.
2. Voeding: Uit onderzoek blijkt dat een calcium en magnesiumrijk dieet bij de vrouw de kans op een meisje verhoogt. Hiervoor moet je vooral yoghurt en kaas, rabarber, broccoli, tofoe en amandelen eten. Mogelijk heeft dat invloed op het transport van de zaadcellen, of heeft het te maken met het feit dat mannelijke embryo’s minder goed overleven als er meer calcium en magnesium in je lichaam aanwezig zijn. Een Nederlandse studie uit 2010 heeft aangetoond dat een dieet laag in natrium en kalium en hoog in calcium en magnesium de kans op een meisje tot wel 80 procent verhoogde, in combinatie met de timingmethode (vrijen enkele dagen voor de eisprong).Een dieet om de kans op een jongen te vergroten bevat dan weer veel natrium (bijvoorbeeld in augurken, gerookte zalm) en kalium (bijvoorbeeld in bananen, tomaten, spinazie, peulvruchten, gedroogde abrikozen) en weinig calcium en magnesium.
3. Standjes: Vaak wordt beweerd dat bepaalde standjes het geslacht van je kind kunnen beïnvloeden, maar hierover bestaat geen onderzoek. Het is dus een zuivere mythe dat de missionarishouding meer meisjes tot gevolg heeft en de hondjeshouding meer jongens. Ook is er geen enkel wetenschappelijk bewijs voor het feit dat een orgasme bij de vrouw meer kans zou geven op een jongen.
FAQ: Waarom krijgen sommige koppels vooral zonen en andere vooral dochters?
In het boek ‘Zwanger worden’ wordt alle informatie op een rijtje gezet, van natuurlijke bevruchting tot vruchtbaarheidsproblemen.
Dit artikel werd geschreven in samenwerking met Mama Baas.