Pasgeboren baby's hebben vaak uitslag. Het lijken soms kleine jeugdpuistjes, maar soms gaat het om een ander soort uitslag. Daarom een overzichtje van de voornaamste soorten uitslag en wat je eraan kunt doen. 

Hoe herken ik baby-uitslag? 

Soms zie je dat je baby wat uitslag vertoont. Je hebt drie soorten: 

1. Erythema Toxicum Neonatorum 

Dit zijn bultjes die zich eventueel tot blaasjes kunnen ontwikkelen, een beetje alsof de huid in contact kwam met brandnetels. Men komt deze huidletsels tegen bij ongeveer 30 procent van de pasgeborenen. Het betreft enkele tot honderden letseltjes, die overal maar vooral op het aangezicht, de romp, bovenarmen en billen voorkomen. De baby heeft er weinig last van en is niet ziek. De uitslag duurt enkele dagen tot weken, daarna verdwijnt het weer zonder littekens achter te laten. De oorzaak is onbekend. Sommigen vermoeden dat het een allergische reactie is door contact met de lucht of verzorgingsproducten.  

2. Acne Neonatorum 

Dit is een soort acne. Je ziet dan puistjes, voornamelijk ter hoogte van de wangen, met een wit etterkopje (zoals een jeugdpuistje) of een zwart kopje (mee-eter). Deze vorm van baby-acne ontstaat door een verhoogde gevoeligheid van de talgklieren voor hormonen. De aandoening verdwijnt spontaan en er is geen behandeling nodig, tenzij de puistjes ontsteken; dan kun je het best naar de huisarts gaan. 

3. Melkkorstjes of berg 

Veel pasgeborenen hebben een vettig geel laagje op het hoofdje dat afschilfert. Het gaat om een vorm van eczeem. Je smeert het het best ’s avonds in met babyolie of met olijfolie, om het dan de volgende dag weer schoon te maken. Herhaal dit zolang het eczeem zich voordoet. 

Wat moet ik doen bij luieruitslag? 

Luieruitslag komt voor bij 7 tot 35 procent van de baby’s, meestal als gevolg van irritatie door urine en stoelgang, of door wrijving van de pamper op de tere babyhuid. 

Tips: 

• Wrijf zinkzalf op de plaats van de uitslag, dat helpt. 

• Reinig na elke luierwissel de huid van de baby met een nat washandje en water of met een vochtig doekje. Wrijf niet te hard.  

• Wissel een vuile luier het best zo snel mogelijk; in de praktijk betekent dit een zestal luiers per dag. In totaal kun je het best om de drie à vier uur de luier wisselen.